Vrije tijd
Vanuit de trein tussen Houten en Utrecht zag ik een veld vol wilde bloemen. Idylle van kleuren in groen en grijs land. Stond daar iemand? Minder dan tien seconden had ik de tijd om ernaar te kijken.
Toen was de trein er voorbij en wilde ik terug.
Daags erna hoefde ik niet met die trein. Met een fototoestel om de nek wandelde ik een boerenerf op. Ergens daar achter lag het veld. Een meisje dat de paarden te eten gaf, antwoordde dat je via het weiland bij de bloemen kon komen. En dat ik daar best heen mocht. Ging ze erover? Geen idee, maar ik mocht.
Zonder veel van de bloemen te weten – ik herkende vooral veel klaprozen – genoot ik van hun kleuren, zag ze wiegen in de wind en voelde mezelf tot rust komen. Zonder verwachtingen of oordeel van wie dan ook, over wat dan ook. Ik was er, en mocht tijdloos, eindeloos genieten. De essentie van vrije tijd.
Een warm briesje. Het continue gegons van hommels. Verderop het geruis van de a12 en de a27. En soms een trein. Wie uit die trein zou hier morgen komen kijken?