Weg
We zaten in je auto. Jij zat aan het stuur en ik zat ernaast. We waren vrolijk. De dag was zonnig en we reden door de bergen. Links was de berghelling omhoog, en rechts een ravijn. Ineens, en zonder dat ik begreep waarom, gaf je extra gas en stuurde je naar rechts. We zagen boomtoppen dichterbij komen en ik wist […]
Meer lezen